Geschiedenis van de wijze waarop de vorsten van het onbeduidende Duitse vorstendom Coburg via een uitgekiende huwelijkspolitiek verbonden raakten aan de belangrijkste Europese vorstenhuizen.
Met verve beschrijft Jan Van den Berghe de Belgische Coburgs in hun openbaar leven en achter de paleismuren. Daarbij illustreert hij met smakelijke anekdotes en pikante details dat sommige koningen en prinsen op bepaalde momenten naar voren komen als sleutel-figuren in de vaderlandse geschiedenis. Anderen daarentegen schetst hij in hun middelmatigheid, achterbaksheid en schijnheiligheid.
Bij het ontstaan van de Belgische natie in 1830 koos men voor een erfelijke monarchie die aan banden gelegd werd door de ministeriële verantwoordelijkheid. Het is dus de regering die de lakens uitdeelt en politieke verantwoording schuldig is aan het verkozen parlement. Het concept was modern en baanbrekend in zijn tijd, waardoor de koningen zich maar moeilijk konden vinden in deze liberale grondwet. Die vaststelling is meteen het uitgangspunt van dit beknopt historisch overzicht van de Belgische vorsten, met als rode draad de geleidelijke evolutie van macht naar invloed in hun respectievelijke bewindsjaren.