Een beetje geluk
Claudia Piñeiro
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Meridiaan Uitgevers, 2022 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : PINE |
Berthold Van Maris
ob/kt/08 o
In sommige boeken volgen de gebeurtenissen elkaar snel op, in andere verstrijkt de tijd langzaam. In Elena weet gebeurt het allebei: de roman gaat voortdurend heen en weer tussen een heden dat tergend langzaam verteld wordt en een heleboel flashbacks die het verhaal vaart geven.
We volgen een oudere vrouw, Elena, op een uiterst moeizame reis, die begint aan de rand van Buenos Aires en zou moeten eindigen in het centrum van die enorme stad.
Elena heeft de ziekte van Parkinson. Ze kan alleen lopen als ze net daarvoor een pil heeft geslikt, maar de werking ervan is kort, dus kan ze de reis - een stukje lopen, daarna de trein, vervolgens metro en tot slot een taxi - alleen volbrengen als ze de pillen precies doseert. Ook loopt ze sterk voorovergebogen, waardoor ze, als ze iemand op straat tegenkomt, alleen de onderste helft van die persoon ziet.
Zodra de eerste pil begint te werken en ze haar eerste stap kan zetten, wordt die stap minutieus, in slow motion, beschreven. En onderweg zijn er veel lege momenten, met toevallige medepassagiers in de metro en een taxichauffeur die ongevraagd zijn mening geeft over het een en ander.
Ondertussen ontvouwt zich het eigenlijke verhaal, alles wat voorafging aan deze voor Elena zo belangrijke reis, in elkaar opeenvolgende flashbacks. Haar dochter is op een vreemde manier overleden en Elena is ervan overtuigd dat ze is vermoord. In het centrum van Buenos Aires woont een vrouw die haar misschien kan helpen die moord op te lossen.
Elk hoofdstuk voegt informatie toe, maar het mysterie wordt daar, zoals dat hoort in een psychologische roman met detective-achtige elementen, alleen maar groter van.
In de eerste hoofdstukken blijkt dat Elena een moeizame verstandhouding had met haar dochter, en ook wordt verteld in welke omstandigheden die dochter op een dag dood werd aangetroffen, en wat anderen, de mensen om hen heen, daarover gezegd hebben. Bij Elena is er al die tijd het vermoeden van een misdrijf.
Naar het einde toe komt het verhaal in een stroomversnelling en blijkt de roman te gaan over moeders en dochters die tot elkaar veroordeeld zijn en over hoe het conservatieve katholicisme denkt over kwesties van leven en dood, zoals abortus en zelfmoord, hoe die denkbeelden het leven van mensen kunnen verwoesten.
Claudia Piñeiro, die in de Spaanstalige wereld bekendstaat om literaire romans met hoge oplagen, combineert hier schijnbaar moeiteloos het register van het spannende boek met dat van de psychologische roman, die minder haast heeft en het vooral moet hebben van sfeer, beschouwing en stijl.
Maarten Steenmeijer
em/ov/26 n
Wij zijn ons brein, maar wat ben je nog als je brein niet meer doet wat het moet doen? Bijvoorbeeld omdat je de ziekte van Parkinson hebt en niet zo'n klein beetje ook, zoals de 63-jarige Elena? Dat laat de Argentijnse schrijver Claudia Piñeiro zien - of, beter nog: voelen - in de aangrijpende roman Elena weet, die dit jaar de shortlist van de Booker International Prize haalde.
De roman heeft iets van een thriller. Elena's dochter Rita, lerares van beroep en mantelzorger in haar vrije tijd, is dood gevonden in de klokkentoren van de parochiekerk, hangend aan een touw. Zelfmoord, concludeert de politie. Moord, denkt Elena stellig. Het onweerde die dag en Rita had altijd verkondigd dat je dan niet in de buurt van een kerk moest komen, anders had je een grote kans dat je door de bliksem werd getroffen.
Maar hoe vindt Elena de moordenaar? Ze kan zelf niet op onderzoek gaan, want ze kan zich nauwelijks nog bewegen. Of zoals ze het zelf uitdrukt: ze heeft geen lichaam meer. Ze heeft een lichaam van een ander nodig om het speurwerk voor haar te doen. Elena kan maar één persoon bedenken die ze daarvoor zou kunnen strikken: Isabel, de vrouw die twintig jaar geleden abortus wilde laten plegen maar daar door Rita op het laatste moment van werd weerhouden. Nu kan Isabel, die haar moederschap dus te danken heeft aan Elena's dochter, iets terugdoen.
Elena heeft Isabel nooit meer gezien na die ene dag twintig jaar geleden. Wel heeft ze haar adres en dat is niet naast de deur. Ze moet er met de trein en de metro naartoe en dat is voor een vrouw in haar conditie eigenlijk niet te doen. Maar ze doet het toch. Alles voor de nagedachtenis van haar dochter, zou je denken. Maar die verwachting wordt op meesterlijke wijze onderuitgehaald in het gesprek tussen Elena en Isabel in het derde en laatste deel van de roman. Niet alleen meesterlijk vanwege de verrassende ontknoping van deze (zelf)moordzaak, maar ook vanwege de onthulling van een wrange waarheid achter Rita's 'redding' van de baby in Isabels buik. En last but not least, vanwege het nieuwe licht waarin de verhouding tussen moeder Elena en dochter Rita komt te staan. Als je dit deel hebt gelezen, denk je nooit meer hetzelfde over mantelzorgen en moederschap.
En als je de eerste twee delen hebt gelezen (over Elena's reis naar Isabel) besef je pas goed wat het kan betekenen om parkinsonpatiënt te zijn. Piñeiro beschrijft tot in het kleinste, rauwe detail de gruwelijke lichamelijke beperkingen en vernederingen die de ziekte Elena oplegt: ze kan nauwelijks een stap zetten, kan haar hoofd alleen nog maar omlaaghouden, kwijlt de hele dag door, kan haar plas niet meer ophouden, heeft grote moeite met slikken, kan zichzelf niet meer aankleden en niet meer verzorgen, is nauwelijks in staat verstaanbaar te spreken...
Wat is er dan nog van je over, zo vraagt Elena zich dan ook af. 'Wat ben je als je arm zich niet beweegt om je jas aan te trekken, je been niet omhooggaat en bereid is om een stap vooruit te zetten, je nek zich niet strekt en je dus niet naar de wereld kunt kijken? (...) Ben je hersenen die aan niemand meer een bevel kunnen geven, al kunnen ze nog wel denken? Of ben je de gedachte zelf (...)?'
Dochter Rita had nog een ander antwoord op de vraag wat haar moeder was geworden door haar ziekte: 'een onaangename spiegel (...) waar de anderen niet in willen kijken of waar ze wel in kijken zonder zichzelf te herkennen'. Ook dat nog.
****
Uit het Spaans vertaald door Mariolein Sabarte Belacortu. Meridiaan; 151 pagina's; € 18,99.
Bookarang
Een psychologische roman over leven met de ziekte van Parkinson en een intieme, maar pijnlijke moeder-dochterrelatie. Elena heeft parkinson. Haar dagindeling en schaarse activiteiten hangen daardoor volledig af van de momenten dat ze haar medicijnen inneemt – haar ledematen werken dan een paar uur mee en uit ervaring weet ze precies hoeveel tijd ze heeft en wat haar actieradius is. Isabel woont aan de andere kant van de stad en hoewel de reis daarnaartoe een schier onmogelijke opgave is, móet Elena Isabel opzoeken. Zij namelijk is de enige die kan aantonen dat Elena’s dochter Rita geen zelfmoord heeft gepleegd. ‘Elena weet’ is in een talige stijl geschreven, waarbij de lezer opgesloten zit in het lichaam en de wereld van Elena en de schrijfster geraffineerd speelt met heden en verleden. Met name geschikt voor een literaire lezersgroep. Claudia Piñeiro (1960, Buenos Aires) is romanschrijver, toneelschrijver en scriptschrijver. Ze publiceerde negen romans die met meerdere nationale en internationale prijzen zijn bekroond. Haar werk is in meer dan vijfentwintig talen vertaald.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.