Het hoofdkussenboek
Shonagon Sei
Shonagon Sei (Auteur), Jos Vos (Vertaler), Alfred Birney (Inleider)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : SEI |
Alexandra De Vos
rt/aa/23 m
De vergankelijkheid van het leven, o zo zoet is de kersenbloesem in de lente, zo triest als hij verregend op de grond ligt. En verregenen en vergaan zal hij, altijd. In het Japans hebben ze daar een term voor, mono no aware. Het betekent zoiets als 'het pathos van de dingen', de beroering die een fijnbesnaard mens voelt bij alles wat vervluchtigt, inclusief het eigen leven. Veel meesterwerken uit de Japanse literatuur zijn doortrokken van mono no aware. Ook de Heianperiode (794-1185) blonk uit in zachtmoedige tristesse.
Misschien had dat te maken met de geschriften van de dames aan het keizerlijk hof in Kyoto, zo rond het jaar 1000. Gecultiveerde vrouwen waren dat, thuis in de poëzie en de kunst van het kalligraferen. Van hen werd verwacht dat zij hun dagen in ledigheid doorbrachten. Ze moesten elegant zijn in zijden kimono's, fijn gezelschap voor de al even ledige edellieden aan het hof. Ze hadden discrete affaires en penseelden gedichten op geurig papier. Een ambitieuze hofdame als Murasaki Shikibu schreef de melancholie van zich af in Het verhaal van Genji, een epos over vergankelijke liefde. Ook de adellijke dagboekschrijfster Sharasin klonk uiterst weemoedig.
Vilein
Er was een stem die zich niet liet kisten door al dat sentiment: de hofdame van keizerin Teishi, Sei Shonagon (966-1025). Er is weinig over Sei bekend, behalve dat ze tot de lagere adel behoorde. Over haar gloriedagen aan het hof schreef ze een allegaartje van teksten, een literair patchwork dat onsterfelijk werd onder de titel Het hoofdkussenboek (1002). Ze noteerde anekdotes, roddels, dromen en gedachten, lijstjes van onuitstaanbare zaken en dingen die het hart sneller doen kloppen.
Onder het lemma 'dingen die getuigen van diepe emotie' schrijft ze bijvoorbeeld: 'De klank van je stem wanneer je neus loopt, zodat je hem voortdurend moet snuiten.' Je kunt verdrinken in mono no aware, maar je kunt er ook mee lachen.
Dat laatste doet Sei Shonagon graag en veel, en soms ook wat vilein. Want wie zegt dat je een wijze of een heilige moet zijn om wat leesbaars bij elkaar te krabbelen? Voor Sei was het voldoende om bij de keizerin te zitten, net toen een minister binnenkwam met een cadeau: een stapel leeg papier. 'Wat zullen we eens schrijven?' vroegen de twee dames zich af. Sei Shonagon maakte een grapje over een hoofdkussen dat niemand precies weet te vertalen, nam het papier mee en begon eraan: 'Ik schreef die hele onmogelijke stapel vol met de gekste dingen - alles wat me maar te binnen schoot.'
Het resultaat mocht er zijn, al was het volgens de schrijfster nooit bedoeld voor andere ogen dan de hare. Een kapitein kreeg het 'hoofdkussenboek' per ongeluk in handen en vond het zo goed dat hij het onder de hovelingen verspreidde. Het had daarna maar een paar honderd jaar nodig om de wereld te veroveren.
Niet cool
Wat is er dan zo charmant aan die gekke dingen van rond het jaar 1000, dat een moderne lezer zich laat inpakken? Wel, stel u een it-girl van het moment voor, cool, grappig, vol van eigenliefde en ervan overtuigd dat u haar even interessant vindt als zij zichzelf. Die it-girl blogt en instagramt er lustig op los, ze legt lijstjes aan van likes, twittert een roddeltje hier de ether in en een snapschat daar, en ze houdt u op de hoogte van de liefdesavonturen van haar squad - ook coole meisjes, uiteraard. Ze gaat geregeld op citytrip, en instagramt de musts die u ook zou willen zien. Ze schiet op alles wat niét cool is, want dat is het halve plezier.
Zijn volgens Sei Shonagon niét cool: lof van je partner voor een ex ('onuitstaanbaar'), mensen die je onderbreken als je zit te vertellen, hardop niezen, krijsende baby's, jankende honden, vliegen ('hoe ze met hun natte pootjes neerkomen op je gezicht!'). Zijn nauwelijks te harden: een nieuwkomer die het hoogste woord voert ('met een gezicht alsof ze alles al wist'), mollige lijfknechten ('wie te dik is ziet eruit als een slaapkop'), en een afschuwelijke peuter waar een andere hofdame wég van is: 'Ze vindt hem zowat het snoezigste en vertederendste wat er bestaat en herhaalt de dingetjes die hij zegt - met zijn eigen stemmetje!'
Krijgen daarentegen likes en voeren Shonagons lijstjes aan: mussen met jongen, poppenspulletjes, gewassen haar, make-up en 'zalig' naar wierook geurende kleren. Verder houdt ze van visite die van alle nieuwtjes op de hoogte is ('erg opbeurend als je je verveelt'). Fijn schrift op helderwit papier kan haar bekoren en priesters met een knap gezicht die soetra's lezen vindt ze helemaal wow: 'Het zou mij niet verbazen als lelijke priesters de zonde in de hand werken.'
Licht en luchtig
Naast de veelvoorkomende lijstjes vertelt Shonagon honderduit over haar leven als hofdame. Extra aandacht is er voor de nachtelijke bezoekjes van minnaars, waarbij ze vooral een 'elegant' vertrek met het nodige gezucht kan smaken ('zo hoort het!'). Harteloos is Sei als ze het over het gewone volk heeft, of over onaantrekkelijke mensen; bij het zien van 'een lelijk donkerhuidig wijf met een haarstukje' vergaat haar zelfs de moed om voort te leven.
Maar ze houdt ook van de wisseling der seizoenen en schrijft over planten, regen en sneeuw met een japans oog voor detail. Ze is, kortom, irritant en oppervlakkig en een snob, maar ook opmerkzaam en charmant - je zou haar niet als vertrouwelinge willen, maar je leest haar wel graag.
Is haar hoofdkussenboek een werk van grote diepgang, zoals Het verhaal van Genji? Welnee, bij zoveel pathos zou Sei in slaap vallen. Het hoofdkussenboek is een spiegel van het hofleven, licht en luchtig en flirterig. Alles komt en gaat, zonder veel hartenpijn. Het is scherpzinnig getekend, vol kleine pleziertjes en kleine jaloezietjes. Het is kersenbloesem in de wind. Alleen zal déze kersenbloesem niet verregenen en vergaan. Benieuwd of dat ook geldt voor de bloggers, twitteraars en instagrammers van vandaag.
Vertaald uit het Japans en ingeleid door Jos Vos, Athenaeum, Polak & Van Gennep, 330 blz., 22,50 € (e-boek 16,99 €).
Jan Joosse
Van het midden van de tiende tot het midden van de elfde eeuw stond het culturele leven aan het Japanse hof vergeleken met de rest van de wereld op eenzame hoogte. Uit die tijd stamt een aantal dagboeken en romans die, kenmerkend voor de periode, voornamelijk door hofdames geschreven zijn. Een van de bekendste daarvan is 'Het hoofdkussenboek' van Sei Shonagon (966-1017), een soort dagboek dat in een laatje van haar houten hoofdkussen werd bewaard. Haar teksten bieden een uniek beeld van een uiterst verfijnde maatschappij waarin veel belang gehecht werd aan uiterlijkheden. Ze tekende alles op wat in haar op kwam: van lijstjes van mooie, irritante en andere zaken, tot scènes uit het hofleven en haar eigen belevenissen. Dankzij deze nieuwe vlot lezende vertaling, rechtstreeks uit het Japans, kan de Nederlandse lezer weer volop genieten van al het fraais wat haar teksten te bieden hebben. Natuurlijk ontkomt de vertaler er niet aan om op bijna elke bladzijde een of meer voetnoten te plaatsen, maar dat is logisch bij een duizend jaar oud geschrift. Kortom, nog steeds zeer lezenswaardig.
Casper Luckerhof
il/pr/21 a
De eerste ochtendstralen breken door. Met tegenzin staat de minnaar op. Hij wil niet van zijn geliefde weg. Zij moet erop aandringen. 'Foei toch', zegt ze, 'het is al volop dag'. "Hij gaat overeind zitten, glipt op haar toe zonder zijn sashinuki aan te trekken en fluistert alles in haar oor wat hij die nacht nog niet heeft uitgesproken, en na enig gefrutsel blijkt zijn gordel toch vast te zitten."
Het is zomaar één van de scenes uit 'Het hoofdkussenboek' van de tiende-eeuwse Japanse hofdame Sei Shonagon. Met humor, scherp observatievermogen, poëtische aanleg en een zekere rebellie legde zij de wereld vast zoals ze die om zich heen waarnam vanuit de keizerlijke paleizen in Kyoto. Voor het eerst is het beroemde werk - dat in Japan geldt als een monument in de literaire canon - naar het Nederlands vertaald door Jos Vos. Eerder was hij ook al verantwoordelijk voor de vertaling van 'Het verhaal van Genji', 's werelds eerste grote roman, dat uit dezelfde periode dateert en tevens door een Japanse hofdame (Murasaki Shikibu) geschreven is.
'Het hoofdkussenboek' is nauwelijks te vergelijken met 'Het verhaal van Genji'. In ruim driehonderd secties zien we allerlei verschillende prozateksten langskomen: dagboekfragmenten, losse notities, essays, natuurobservaties, lijstjes van het een en ander. Sei Shonagon heeft weinig moeite genomen enige structuur in het geheel aan te brengen. En toch is er ook weer wél een rode draad. Al het geschrevene speelt zich af in haar kleine universum: die ongrijpbare aristocratische wereld van het tiende-eeuwse Japan. Een wereld waarin de hofdames elkaar proberen te concurreren met poëtische voordrachten. Een wereld waarin de schoonheid van de bloesemrijke tuinen in de mooiste zinnen bezongen wordt. En een wereld, ja, waarin er veel gevreeën wordt.
Sei Shonagon doet er op haar eigen manier rijk verslag van. Hoewel we weinig te weten komen over haar persoonlijkheid, schemert tussen de zinnen door dat we hier te maken hebben met een ware diva. Het type dat door mannen aanbeden wil worden ('Het is haantje-de-voorste of niets!'), maar van haar kant uiteraard nooit al te veel blijk geeft van waardering. Als een man iets tegen haar zegt, wordt hij doorgaans afgepoeierd. Dat dat allemaal spel is, mag blijken uit het feit dat Shonagon in de tussentijd de ene na de andere knappe jongeman opvoert 'die voorbijkomt met een ceremonieel zwaard met een smalle kling, dat voorzien is van een plat gevlochten koord.' En de andere hofdames? Die zijn natuurlijk maar oppervlakkig. 'Dames zonder vooruitzichten, die een duf bestaan leiden en zich niettemin voorhouden dat zij het ware geluk hebben gevonden, vind ik deprimerend.'
Nee, Shonagon moet het niet hebben van zelfreflectie en wijsheid. Haar humor laat het daarentegen vrijwel nooit afweten: "Aan mannen die hofdames oppervlakkig of verachtelijk vinden heb ik een reuzehekel. Toch zouden ze in sommige gevallen wel eens gelijk kunnen hebben." Bij vlagen weet ze te overrompelen met observaties van de natuur. De openingszinnen van het boek zijn simpelweg spectaculair: 'In het voorjaar gaat er niets boven het ochtendgloren. Geleidelijk wordt het lichter, de bergkammen krijgen een zachtrode glans, purperen wolkenslierten glijden aan de hemel voorbij.'
Toch is het jammer dat Shonagon gekozen heeft voor zo'n onsamenhangend geheel, waardoor het boek soms meer dwingt tot bladeren dan tot doorlezen. In die zin kan het niet wedijveren met 'Het verhaal van Genji'. Zelf beweert ze dat ze bij het schrijven nooit het idee had dat het ook daadwerkelijk als boek gepubliceerd zou worden. Dat zou in ieder geval verklaren waarom ze soms doorschiet met het zoveelste lijstje verschillende bloesems en bomen. Mogelijk dienden deze lijstjes slechts ter associatieve ondersteuning van het schrijven van haar poëzie.
'Het hoofdkussenboek' blijft echter overeind staan als fascinerende toegangspoort tot een mysterieuze wereld waar we weinig tot niets van afweten. En dat alles in de woorden van een spannende vrouw die zich nooit écht prijsgeeft, maar daarom des te meer tot de verbeelding spreekt. "Als lezers beweren dat mijn werk hen imponeert, snap ik daar niets van", schrijft ze in de laatste zinnen van het boek. Spreekt hier iemand die zich werkelijk onbewust was van haar eigen talenten? Of is de diva hier wederom op hoog niveau aan het werk? Ach, we zullen het nooit weten.
Vert. Jos Vos Athenaeum; 336 blz. € 22,50.
oordeel
Amusante herinneringen van een spannende vrouw die zich nooit echt prijsgeeft.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.