Yes!!!
Rüdiger Bertram
Rüdiger Bertram (Auteur), Heribert Schulmeyer (Illustrator), Merel De Vink (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lemniscaat, 2011 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : IK EN DE WERELD : VERHALEN : BERT |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Lemniscaat, 2011 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : BERT |
31/12/2011
Kai, een jongen die vaker moet verhuizen dan hem lief is omdat zijn ouders acteurs zijn, heeft een probleem. Al sinds zijn vierde dwarrelt er voortdurend een fantasievriendje om hem heen. Fijn voor een kleine jongen, maar inmiddels vinden zijn ouders dat hij nu maar eens moet ophouden met die onzin. Bovendien is, in tegenstelling tot de meeste fantasievriendjes, het zijne een blok aan zijn been. Coolman, een maf figuur met de allures van Superman, brengt hem steevast op slechte ideeën. ‘Een goede Kai-dag is er eentje die zonder al te veel rampen voorbijgaat en waarbij Coolman zich zo weinig mogelijk laat zien. Dat komt dus eigenlijk op hetzelfde neer.’ Een beetje gelaten vertelt de jongen zijn verhaal, dat een aaneenschakeling is van hilarische, maar soms ook wel pijnlijke gebeurtenissen. Door toevallige omstandigheden, meestal nog erger gemaakt door de slechte raad van Coolman, werkt Kai zich keer op keer in de nesten. Hij zet bijvoorbeeld een grote bek op tegen de twee grootste etterbakken van de school, komt dan in een afvalcontainer terecht en raast vervolgens met een moordende vaart de helling af, richting stadsvijver. De burgemeester van de stad aanspreken over zijn kaalheid is ook al niet slim. Bovendien blijkt hij de vader te zijn van het meest geweldige meisje van Kai’s klas...
De ironische tekst van Rüdiger Bertram wordt heel uitgebreid in stripvorm geïllustreerd door Heribert Schulmeyer. Samen vormen tekst en beeld een grappig geheel. Terwijl de tekst de versie van Kai laat zien, zijn de illustraties eerder vanuit het standpunt van Coolman getekend. Coolman ziet trouwens nergens een probleem in en leeft zijn vrolijke leventje.
Ondanks de humor en de ironie is Coolman en ik vooral het relaas van een heel eenzaam jongetje. Zijn ouders hebben enkel oog voor elkaar, zijn zus Anti is een zonderlinge eenling en door het voortdurende verhuizen is het voor Kai bijzonder moeilijk om vrienden te maken. Hij vlucht dus in de imaginaire wereld van de superhelden en voelt zich daarom ‘anders’. Een lichtpuntje is de ontmoeting met een oude, vervelende man die toegeeft dat hij al heel zijn leven doorbrengt met een ‘coolman’. Kai beseft dat hij niet alleen staat, maar anderzijds dus misschien zijn hele leven met zijn fantasievriendje is opgezadeld.
Tegen het einde krijg je langzaamaan genoeg van het ongeluk dat zonder tussenpozen op de jongen neerstort. Een happy ending laat echter op zich wachten, want er zullen nog meer delen in deze reeks verschijnen. [Nora Janssens]
Jos Weinberg
In dit eerste deel van een reeks maken we kennis met Kai Baumann (ik-figuur) die graag een gewone jongen uit groep acht wil zijn. Zijn ouders zijn wat zonderlinge acteurs en hij heeft nog een ‘gothic’ zus, Anti(gone) van zestien. Kai heeft al vanaf zijn vierde jaar tegen wil en dank Coolman in zijn geest die altijd bij hem is en die alleen hij kan zien. Het lijkt wat op een alter ego of fantasievriend en het is een betweter en opschepper. Het opvolgen van zijn adviezen leidt meestal tot ware catastrofes. Dat heeft veel humoristische, slapstickachtige situaties tot gevolg. Waar het duo ook opduikt: in school, het theater, een feest, het zwembad of in een verliefde situatie, steeds dreigen zaken volledig uit de hand te lopen. Zal het Kai lukken zijn ‘vriend’ uit zijn geest te verdrijven of houdt hij hem er toch liever in? De verhalende tekst wordt creatief afgewisseld met vele daarmee samenhangende hilarische, zwierige ballonstrips in zwarte pen- en inkttechniek. Lezers vanaf ca. 10 jaar zullen zich met dit kolderieke verhaal verkneukelen.
Magali Haesendonck
ua/an/22 j
Kai is een typische puberjongen met een probleem: zijn (ingebeelde?) vriend Coolman. Coolman vindt zichzelf super en volgt hem overal, valt hem lastig met mopjes en haalt dingen uit die helemaal niet door de beugel kunnen. Kai is niet zo populair op school, maar hij houdt ook niet graag zijn mond en vindt zichzelf heel wat. Samen komen ze terecht in hilarische, maar ook lastige situaties, zoals meteen blijkt uit de openingsscène. Kai werd in een afvalcontainer gedropt en van een helling geduwd. Coolman is natuurlijk ook van de partij en bedenkt meteen manieren om uit de razende container te geraken, allemaal even dom, maar grappig. Verder is er natuurlijk een meisje: Kai is tot over zijn oren verliefd op Lena en probeert krampachtig indruk te maken op haar. Wanneer zijn zus Anti een feestje wil organiseren als hun ouders niet thuis zijn, ziet hij zijn kans schoon om Lena het hof te maken. De toon in dit boek doet een beetje denken aan de recente reeks rond Het leven van een loser. Ook de losse schrijfstijl en de tekeningen, gecombineerd met de gebeurtenissen in het boek, maken dat het boek niet zo origineel aandoet. Wat het boek er wel doet uitspringen tussen de vele anderen, is de wisselwerking tussen Kai en Coolman. Wanneer Kai spreekt, wordt dit gewoon in tekst gegoten, terwijl Coolmans domme uitspraken of “oplossingen” steeds een stripvorm aannemen. Dit onderstreept nog maar eens het ingebeelde superheldkarakter van Coolman, en het geeft de tekst ook een extra luchtigheid die je elders niet vaak tegenkomt.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.