Alexander de Grote
Robin Lane Fox
Robin Lane Fox (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Bakker, 2007 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : GESCHIEDENIS : 923 FOX XXL |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Bakker, 2007 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 923.2 LANE |
31/12/2007
Robin Lane Fox (geb. 1946) maakte al begin jaren '70 furore met boeken over Alexander de Grote. Regisseur Oliver Stone engageerde hem als historisch adviseur voor de film 'Alexander' (2004). Fox wou enkel meewerken als hij bij elke aanval van de Macedonische cavalerie vooraan mee mocht chargeren. Achteraf benadrukte Fox dat deze film geen documentaire was, maar een op historische feiten gebaseerde speelfilm. Voor zijn boek De Bijbel: waarheid en verdichting (Agon, 1991). was net het naar boven halen van historische feiten uit een literair werk het uitgangspunt. En nu gooit deze veelzijdige academicus met De klassieke wereld zijn eigen Bijbel van de Griekse en Romeinse geschiedenis op de markt.
Deze epische geschiedenis start vrij logisch met Homeros en de Homerische kwestie, en eindigt met Hadrianus, keizer van 117 tot 138 n.C. Dat laatste is misschien wat ongewoon. Traditioneel neemt men, met de val van het West-Romeinse Rijk, immers het jaar 476 n.C. als eindpunt, maar voor Fox primeert vooral de opbouw van het verhaal. Ten eerste laat hij zien dat er in bepaalde opzichten, zoals bij het absolutistisch bestuur of de rechtsverlening, een terugkeer is naar de Homerische tijd en dat de cirkel dus rond is. Maar onder Hadrianus kwam ook het begrip 'klassiek' in zwang zoals we het nu nog steeds kennen: als verwijzing naar de hoogtepunten van de antieken in de kunst, architectuur of literatuur. Veel nieuwigheden zou de oudheid op dat front niet meer leveren. Hadrianus was ook de eerste keizer die zijn hele rijk doorkruiste en de klassieke cultuur volop exporteerde naar de provincies, ook als die pas recent waren opgenomen in het keizerrijk.
Tussen de twee elkaar rakende uitersten Homeros en Hadrianus verkiest "een vorm met een kader voor verhalen", boven een diachrone thematische aanpak. Hij wil daarmee veeleer de veranderingen duiden dan doorheen de eeuwen te rennen zonder stil te staan bij de redenen voor die verandering. Dat hij vooral de ouderwetse historische methode toepast om telkens vraagtekens te plaatsen bij de bronnen, mag geen bezwaar vormen. Hij bewijst voldoende op de hoogte te zijn van de laatste stand van zaken in zijn vakgebied en durft ook over het academische muurtje te kijken. Op zoek naar een verklaring voor de veranderingen in de Griekse maatschappij na het versterken van de infanterie, zoekt hij parallellen met de nauwkeurig beschreven Zoeloesamenleving in Zuid-Afrika, die een soortgelijke evolutie kende zo'n 150 jaar geleden. Toch laat hij binnen dat historisch kader wel degelijk afzonderlijke, thematische hoofdstukken toe. Daardoor is hij af en toe onvolledig, bv. wanneer hij het over de evolutie van het Romeinse leger heeft. Ook een aantal andere aspecten kregen niet de aandacht die ze verdienen, zoals de nog steeds invloedrijke en geapprecieerde antieke filosofie, die wat onderbelicht blijft. Een epos kan echter niet elk thema even uitgebreid bezingen. De auteur geeft in zijn voorwoord trouwens zelf aan dat het moeilijk was te schrappen, en over het geheel van het boek lijkt hij de juiste keuzes gemaakt te hebben.
De thematische rode draad bestaat uit rechtvaardigheid, vrijheid en weelde, belangrijke begrippen die een grote invloed hebben op de hele klassieke geschiedenis. Fox laat dan ook niet na er voortdurend op terug te komen en veel van de gebeurtenissen terecht te verklaren vanuit het omhelzen van vrijheid, het afwijzen van luxe of de drang naar rechtvaardigheid. Door die drie begrippen te benadrukken weet hij de personages goed te tekenen (wat geen sinecure is in een werk dat zo'n grote tijdspanne bestrijkt) en kan hij de machinaties van de macht vrij goed duiden.
De stijl waarin en het tempo waarop Fox dit alles doet, is zalig. Hij laat zich in elk van de 55 hoofdstukjes volledig gaan in een badinerende toon waarin hij sommige onderwerpen uitvoerig beschrijft, maar dan plots ook uitzoomt en sneller gaat. Een eerste blik leert dat hij zeer losjes te werk gaat, maar elk hoofdstuk vertoont toch een vrij gelijklopende opbouw. Fox begint ? onbewust, zo lijkt het ? met een kort overzicht en springt daarna associatief van het ene onderwerp op het andere, om op het einde een opening te creëren naar het volgende hoofdstuk of naar actuele gebeurtenissen. Zo leren we de wortels van het antisemitisme kennen of de oorsprong van het terrorisme met de Joodse Zeloten. Dat hij door die werkwijze vaak in herhaling valt, vormt geen bezwaar maar maakt de leeservaring des te levendiger en helderder. Fox' epische verteltrand staat hem toe voortdurend terug te grijpen naar zijn uitgangspunt of eindfiguur. In de vele conflicten tussen de Grieken en de Romeinen, de afstammelingen van de Trojaanse prins Aeneas, ziet hij de Homerische strijd voor Troje weer plaats grijpen, of hij laat Hadrianus mijmeren bij het graf van Alexander de Grote.
Bij dit alles past uiteraard een typisch taaltje, dat Fox goed beheerst. Hij schrijft wat archaïsch, met gevoel voor humor en de typisch Britse tongue-in-cheek. Zijn academische Engels is echter een beetje te nauwgezet in het Nederlands bewaard. Opeenstapelingen van substantieven lukken nog net in het Engels, maar zinnen als "deze bonden weerleggen tezamen de verleiding om deze periode te zien als een bewijs van de bedreiging van de stadstaatjes" vereisen soms een herlezing. Hetzelfde geldt voor kromme frasen als "een gebaar aan de vervulling waarvan veel besteed is" of iemand die "diplomatiek" optreedt en Pompejus die "buitenlands" is als hij in het oosten vertoeft en al zijn archaïsmen hier misschien wel op hun plaats, formuleringen als "geboortig uit" zijn of "een blode Caesar" gaan toch te ver. Door deze vertaling en andere slordigheden, zoals de foute spelling van namen (Marcus Antoninus, Paulus van Trasus), is het moeilijk de kleine onnauwkeurigheden, zoals enkele curieuze data, in de schoenen van Fox zelf te schuiven. Een extra redactie van het boek ware wenselijk geweest.
In elk geval is het bijna ironisch dat Fox door zijn stijl en de kleine onvolkomenheden dicht bij Herodotus aanleunt. Als oudste van de historici schreef die in het Ionisch, een dialect van het Grieks dat soms wat moeilijk leest. Hij presenteerde zijn bevindingen in de ik-persoon en "woog het bewijsmateriaal en kwam tot zijn eigen conclusies", net zoals Fox zelf doet. De lezer moet zich zeer vaak tevreden stellen met zijn eruditie, waarbij een simpel "naar mijn aanvoelen" afdoende bewijsmateriaal moet zijn. Hierdoor, maar ook door de keuze voor slotfiguur Hadrianus, schrijft Fox zich in in een lange traditie van 'gentleman-historians'. Alles draait rond Athene, en (later) Rome, en wat te ver van deze twee epicentra af staat, in de tijd of in de ruimte, valt er wat buiten. Het klassieke is het te bejubelen hoogtepunt, en hij laat zich soms wat te positief of zelfs naïef uit over de antieke beschaving. Het ostracisme, een in Athene gangbare praktijk die toeliet potentieel gevaarlijke individuën te verbannen als er maar voldoende instemmende 'handtekeningen' verzameld werden, beschrijft hij als een prachtig democratisch instrument, zonder er de demagogische gevaren van te willen zien. Soms kiest hij zelfs iets te resoluut partij voor de Grieken of Romeinen. Zo lijkt hij zelfs opnieuw in de eerste cavallerielinie van Alexanders leger te zitten als hij het over het verraad van de Ionische steden tegen de Grieken heeft. Dat is jammer en verbazingwekkend, want als reactie op zijn onderzoek naar Alexander de Grote en bij de release van de film kreeg hij van veel kanten soortgelijke kritiek (zie ook interview met Robin Lane Fox over de film 'Alexander' (op www.archaeology.org/online/interviews/fox.html).
We moeten De klassieke wereld dan ook ter hand nemen met dit alles in het achterhoofd. Aan het woord is immers niet alleen een bekwaam historicus, maar ook een bard die zijn verhaal misschien wel voor de honderdste keer vertelt. Het deert hem niet, hij doet het met plezier, doorleefd en niet onpartijdig. Robin Lane Fox heeft de Grieken en Romeinen echter wel goed begrepen. Geniet met mate van deze geannoteerde, epische turf met kaarten en afbeeldingen. Lees elke zang apart, laat alles wat bezinken en beschouw het boek als een uitstekend gedocumenteerde geestesgeschiedenis. [Dieter Wildemauwe]
Prof.dr. E.A. Hemelrijk
Dit vuistdikke boek bevat de Nederlandse vertaling van het overzicht van de geschiedenis van de klassieke wereld vanaf de heldendichten (Ilias en Odyssee) van Homerus (achtste eeuw voor Christus) tot en met de Romeinse keizer Hadrianus (tweede eeuw na Chruistus) van de hand van de Oxfordse oud-historicus Lane Fox (bekend onder andere van boeken over Alexander de Grote en het vroege christendom). De schrijver heeft zich ten doel gesteld een chronologisch geordend geschiedverhaal te vertellen voor een algemeen geïnteresseerd publiek. Hij schrijft in heldere en levendige stijl en weet door zijn drie hoofdthema's,vrijheid, recht(vaardigheid) en luxe (en spilzucht), ook voor vakgenoten soms verrassende invalshoeken te presenteren. Ook zijn keuze om het verhaal van een kleine duizend jaar antieke geschiedenis te laten eindigen met Hadrianus is origineel. Het boek is voorzien van enkele kaartjes en illustraties in kleur en zwart-wit en een goede geselecteerde bibliografie voor wie meer wil lezen. Met register.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.