Vlieg weg, vlieg weg
Paulus Hochgatterer
Paulus Hochgatterer (Auteur), Gerrit Bussink (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Wereldbibliotheek, © 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : HOCH |
Jessica Durlacher
em/ec/08 d
Titels zijn beloftes, en wat een vreemde is deze: De dag dat mijn grootvader een held was. Meestal is iemand met één heldendaad al een hele held. Iemand die een drenkeling redt: een held. Die ene dag ben je nog géén held en de volgende, na je daad, ben je er wel een: voor altijd kleeft er held aan je naam. In deze titel is het heldhaftige gekortwiekt tot een vermeldenswaardige dag die dus alweer voorbij is. Dit boek gaat over de laatste dagen van de oorlog, dat weet je als je het openslaat, want het eerste hoofdstuk heet: 14 maart 1945. De titel belooft iets groots, maar relativeert dat grote ook meteen.
Oorlog is de aangewezen tijd voor heldendaden: een gigantisch aantal dagen vol zinloze wreedheid, met af en toe dat lichtpuntje: daden waarin individuen zich weren en iets unieks en dappers doen. In dit boek zitten een paar van die verhalen over daden van wilskracht en heldhaftigheid: een opmerking, een felle blik, of een helpende hand die het noodlot of de menselijke moordlust tarten en zelfs weten af te wenden.
Maar behalve moed zit er meer opmerkelijks in dit kleine, elliptisch geschreven, uitgebeende boek van de Oostenrijkse kinderpsychiater Paulus Hochgatterer (1961), en dan doel ik op de vorm en de taal. Alle gebeurtenissen hebben haast iets absurdistisch in hun realisme, en alles speelt zich af op het Oostenrijkse platteland. Wat er wordt verteld, bezit tegelijkertijd een nachtmerrieachtige kwaliteit door zijn onvolledigheid, een beetje rafelig, zoals anekdotes en verhalen door kinderen verteld en onthouden worden, met het onvolkomen zicht op het hele spectrum.
De uitputting van die laatste maanden, de angst en onzekerheid, het verlies, alles krijgen we mee door een meisje dat haar identiteit alleen van horen zeggen kent - uit de verhalen van anderen. Ze is haar geheugen kwijtgeraakt (zelfs dat is haar verteld), door een bombardement. Ze is waarschijnlijk 13 jaar, de enige overlevende van haar familie en gehucht en ze heet denkelijk Nelli. Ze schrijft alles in een schriftje, haar houvast. Opgenomen in een boerenfamilie met vijf dochters is ze een ik-persoon die niet weet wie ze is en die haar ervaringen en bevindingen beschrijft met net zoveel afstand als die van anderen. De wereld komt tot haar in ongefilterde vorm, met veel details maar haast zonder het gereedschap dat tot interpretatie leidt. Als ze wel iets duidt is het vooral zintuiglijk, zoals het lijfje van de jongste dochter, waar ze 's nachts tegenaan slaapt 'mager en warm als een jong katje'.
Ze hoort veel, mensen vertellen haar van alles, vooral Laurenz, de oude zieke broer van de boer, Jacob, doet dat. Van Laurenz weet ze van de brief met het nieuws van de dood van Leo, de zoon des huizes, waar de boer en boerin, zijn eigen ouders, nog onbewust van zijn, en dat Laurenz een piepklein geweer bezit. (En als er in een verhaal een geweer, hoe klein ook, wordt geïntroduceerd... ) Verder zijn er evenveel verhalen als raadsels - als dat al niet hetzelfde is. Waar is het kleine buurjongetje Rudi gebleven, wiens moeder zo gek en wanhopig is? Wat is waar, wat niet? Hochgatterer maakt in drie losse anekdotes gebruik van een ongewone en behoorlijk enge aanvoegende wijs, zoals het verhaaltje over diezelfde kleine Rudi. Het heet: 'Het verhaal van het niet-verdronken kind', waarin je uitgebreid verneemt hoe de precieze toedracht van de verdrinking had geluid als... het kind niet was gered door een jonge vrouw met een blauwe mantel..., (een van de dochters?) die eigenlijk de eerste held is in dit boek. Maar zeker is het niet. Is Rudi toch verdronken?
We moeten afgaan op het verhaal van die vage Nelli. Zo is er ook 'Het verhaal van de niet-opgehangen soldaat', wiens ondergang zou hebben plaatsgehad... als niet de geschiedenis het anders had gewild en hij niet was gered door een opmerking van Isolde, een joodse vrouw die niets meer te verliezen heeft. En in het laatste verhaal, 'Het verhaal van de niet-doodgeschoten suprematist', verschaft de vorm van diezelfde aanvoegende wijs de apotheose van dit boekje over die laatste, spookachtige oorlogsdagen, als een jonge Russische gevluchte krijgsgevangene, een schilder, in de boerderij door een ontmenselijkt groepje Duitse Wehrmacht-soldaten dreigt te worden vermoord. Dan is er opeens de suggestie van puzzelstukjes die in elkaar passen, en een plotselinge niet eens zo heel heldhaftige vrijmoedigheid, het geweer wordt getrokken en... wraak volgt. Die biedt verlossing, net als, verrassing, uiteindelijk de kunst dat doet. Het meisje trekt verder, met een schilderij op haar rug.
Je kunt argumenteren dat er wel heel veel in dit kleine boek versleuteld is, misschien iets te veel, en dat de schrijver zichzelf en zijn lezers wel erg kort houdt. Je moet het eigenlijk twee keer lezen. Maar dan heb je een erg mooi kleinood in handen - en het inzicht dat het misschien altijd moet gaan om al die dagen dat iemand ergens even een held is.
****
Uit het Duits vertaald door Gerrit Bussink. Wereldbibliotheek; 112 pagina's; € 17,99.
Naar gegevens van H. van Vlaanderen
Aan het eind is het maar een enkele zin, die van groot belang blijkt te zijn. Oostenrijk, het laatste oorlogsjaar. Op de boerderij van zijn grootvader komt een dertienjarig meisje aanlopen. Ze is in de war, ontredderd, zegt niet waar ze vandaan komt. Zonder veel vragen wordt ze door de familie opgenomen. Dan komt op een dag een jonge Rus die uit Duitse gevangenschap gevlucht is. Het meisje en de Rus hebben weinig woorden nodig om elkaar te begrijpen. De Rus heeft een opgerold schilderij bij zich. Uit de beschrijving blijkt dat het een beroemd schilderij zou kunnen zijn. Waar heeft hij dit schilderij vandaan? Hij gaat zelf ook schilderen en praat met het meisje en een van de kinderen over kunst. Het leven lijkt rustig op de boerderij. Totdat er enkele Duitse soldaten komen. Hoewel zij weten dat de oorlog vrijwel verloren is, blijven ze agressief en gedragen ze zich onbeschoft. Ze ontdekken de Russische man. De auteur (1961), werkzaam als kinderpsychiater in Wenen, heeft verschillende romans en verhalen geschreven. Dit is een kleine fijnzinnige roman van tederheid en hoop. Over eenvoudige mensen met een ruim hart, die vluchtelingen in hun huis opnemen en helpen. Oorlogsdrama bezien vanuit een familie, dat fraai in beeld is gebracht.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.