De verdovers : roman
Anna Enquist
Anna Enquist (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Uitgeverij De Arbeiderspers, © 2017 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 13841 |
Paul Demets
us/ug/23 a
Volgens Enquist was dat portret nodig. Niet alleen voor haar persoonlijk, omdat ze jarenlang intens met Kouwenaar bevriend was, maar ook omdat hij al vergeten lijkt. "Waarom schrijf ik dit allemaal op? Omdat hij er niet is. Omdat niemand meer over hem schrijft. Omdat ik hem mis." Dat vergeten was volgens Enquist al eerder begonnen: "een jaar of tien terug al. Hij schreef nauwelijks meer, wilde bijna nooit voorlezen en het was een kunststuk om hem te bewegen het huis te verlaten."
Moeilijk voor te stellen dat de poëzie van Gerrit Kouwenaar nu al niet meer gelezen zou worden en dat er in de toekomst niet nog over zijn persoon en zijn werk geschreven zal worden. Maar intussen hebben we dit persoonlijke portret. Het is intrigerend, omdat je je afvraagt hoe twee dichters van twee verschillende generaties, met zulke verschillende poëtica's, zo'n sterke band konden hebben. Was Kouwenaar stiekem verliefd op de veel jongere Enquist? Toen ze elkaar in 1992, ter gelegenheid van Poetry International leerden kennen, was Kouwenaar bijna 70, Enquist 47.
Enquist geeft een andere verklaring: "Er was in hem een behoefte, een lege ruimte waar ik in paste. Ik schoof daar in en voelde me thuis." Ze beschrijft hoe ze een soort dochter voor hem werd, die Kouwenaar in de werkelijkheid niet had. Enquist schrijft uiteraard vanuit haar standpunt. Hoe Kouwenaar over haar dacht, komen we nauwelijks te weten. Is dat een bezwaar? Helemaal niet. Bovendien is Enquist zo eerlijk om toe te geven dat ze hier gedeeltelijk een zelfportret neerzet, gespiegeld in het beeld van Kouwenaar. "Ik kan niet over Gerrit schrijven zonder over mezelf te schrijven."
Enquist beschrijft, gelukkig niet netjes chronologisch, maar met tijdsprongen, hoe ze Kouwenaar steeds beter leerde kennen, hoe ook haar man Bengt en Kouwenaars vrouw Paula elkaar bleken te mogen. En hoe ze dan vele zomers in Kouwenaars huis in Frankrijk doorbrachten. Enquist beschrijft het kleurrijk.
En ze maakt er geen hagiografie van. Kouwenaar blijkt niet alleen een minzame man te zijn die van gezelschap houdt en graag sigaretten en een glas wijn in de buurt heeft. Maar ook een beetje een ijdele man, die een speciaal kammetje voor zijn snor gebruikt, die graag in restaurants gaat eten waar men weet wat voor een belangrijke dichter hij is. Die op zijn centen zit. Die graag bezoek krijgt, maar zelf bijna nooit belt. Die niet kan autorijden en daarvoor op zijn vrouw vertrouwt. Zij moet altijd dezelfde weg nemen naar hun huis in Frankrijk.
Het geheime zusje
Kouwenaar leek in een wereld te leven waarin bij voorkeur niets veranderde. Als de telefoonaansluiting stuk was, moest die met een lucifer hersteld worden. De zetels in zijn huis in Amsterdam waren compleet doorgezakt, maar mochten niet vervangen worden, zeker niet na de dood van Kouwenaars vrouw Paula. "Het aanschaffen van stoelen is er nooit van gekomen. Alles moest in huis blijven zoals het was geweest. Het zou ontrouw aan het leven van Paula betekenen als hij die ellendige, totaal versleten fauteuils bij het grofvuil zou zetten."
Enquist beschrijft hoe de latere bundels van Kouwenaar haar het meest aanspreken, omdat ze gaan over "hoe alles ten einde loopt, tot stilstand komt en sterft, terwijl het nog overeind staat". Dat is ook het verloop dat we te zien krijgen in de biografische gebeurtenissen. Logisch, zou je denken, want Kouwenaar werd altijd maar ouder.
Maar ook in Enquists leven gebeurde een en ander. In 1997 sterft Herman de Coninck in Lissabon in haar armen. Dat betekent voor haar een moment van verandering, terwijl alles tot dan toe voorspoedig verliep. "We maakten plannen, alsof we tegen de dood een weerwoord hadden."
Drie jaar later overlijdt Kouwenaars vrouw Paula, nadat ze langzaam wegdeemsterde door alzheimer. Het jaar nadien wordt Enquists dochter in Amsterdam door een vrachtwagen gegrepen. Kouwenaar weet niet goed hoe te reageren en laat niet van zich horen. "Langzaam drong de stilte zich aan ons op", noteert Enquist.
Gerrit Kouwenaar werkt zijn indrukwekkende bundel Totaal witte kamer (2002) af en trekt zich meer en meer uit het literaire leven terug. Enquist bestudeert de fuga's van Bach om niet weg te zinken in een zee van verdriet en gaat weer romans en poëzie schrijven.
En dan komt de echte aftakeling voor Kouwenaar. Enquist beschrijft heel raak hoe de vrienden van vroeger verdwijnen. Sommigen sterven: eerst Rutger Kopland, dan Bernlef. Remco Camperts vrouw Deborah is niet te spreken over de plaats waar Kouwenaar zijn vrouw Paula laat onderbrengen wanneer hij haar thuis niet meer kan verzorgen. Dat zorgt voor een verwijdering van een van zijn beste dichtersvrienden.
Enquist wordt eerder Kouwenaars mantelzorgster en bejaardenhulp dan een vriendin. Ze helpt hem zelfs om zijn levenseinde te regelen, wat helemaal niet evident is. Het levert beklemmende pagina's op. Voor Kouwenaar overlijdt, bellen Campert en Kouwenaar toch nog even met elkaar. "Wij waren de besten", zouden ze tegen elkaar gezegd hebben, vertelt Kouwenaar haar.
De kracht van dit portret ligt niet alleen in de melancholisch stemmende psychologische schets van een buitengewone dichter, maar ook in de vele allusies op hoe poëtica's sterk van elkaar kunnen verschillen en toch naar elkaar reiken. Dit maakt het tot een boek van de vriendschap in het verschil. Enquist psychologiseert niet alleen de mens Gerrit Kouwenaar, maar ook diens poëzie. En dat terwijl Kouwenaar een strikte scheiding zag tussen taal en werkelijkheid.
Zo komt ze van hem te weten dat er ooit een zusje moet geweest zijn in het gezin Kouwenaar, ouder dan Gerrit en diens broer, de kunstschilder David. Ooit vonden ze als kind in een laatje van vaders bureau een enveloppe met een bijeengebonden plukje blonde haren. Ze maakten er allebei een snor mee die ze opkleefden, met de bedoeling om hun ouders aan het lachen te krijgen. Maar toen ze in de kamer binnenkwamen, barstten vader en moeder in tranen uit. Pas later begreep Gerrit dat hun zusje vroeg gestorven was.
Enquist vraagt aan Kouwenaar of het gedicht 'in een lade' iets met deze scène te maken heeft, maar dat ontkent hij. Ze heeft daarbij de versregel 'soms vindt men in een lade/ een litteken' in gedachten. "Ik weet dat niet zo zeker en denk er het mijne van", bedenkt ze.
Daardoor is Een tuin in de winter een dubbelportret van twee dichterszielen die sterk verschilden, maar elkaar maar al te graag duldden in de uitgezakte zetels van de tijd.
H.R. Niesing
Uit angst dat Gerrit Kouwenaar in de vergetelheid zou raken en haar irritatie daarover, blikt Anna Enquist op aangrijpende wijze in heldere, vlot leesbare taal terug op haar innige dichtersvriendschap met hem, die twintig jaar zou duren tot zijn dood in 2014. Niet alleen heel veel wetenswaardigheden over het leven en werk van de dichter komen uitvoerig en diepgaand aan bod, ook wordt ons en passant een kijkje gegund in het leven van de schrijfster in relatie tot Kouwenaar. De vele vakantiebezoeken in Kouwenaars huis in Frankrijk, de gezamenlijke literaire reizen, de vele ontmoetingen in Amsterdam en de rol van Anna Enquist als mantelzorger voor de dichter na de dood van diens vrouw, komen uiterst helder uit de verf. Met dit fraaie literaire werk geeft de schrijfster Kouwenaar – die samen met onder anderen Lucebert, Campert en Elburg tot de Vijftigers gerekend wordt – de waardering en erkenning die hij verdient. Voor elke liefhebber van Kouwenaar een zeer welkome en waardevolle aanvulling op zijn werk en leven. Over Kouwenaar verscheen ook 'Van woorden gemaakt'*: een selectie door Anna Enquist van honderd van zijn gedichten.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.