Achter de heuvels
Hans Vanacker
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Eenhoorn, 2012 |
Woord Jeugd Verhalen :
|
15/08/2013
Op het omslag van Bus 26 staat een jongen op de bus te wachten. Pieter-Jan gaat elke dag met bus 26 naar school en elke dag heeft hij de dood in zijn lijf. Want Zegher zal ook in de bus zitten. Zegher, ‘die grote, brutale jongen met zijn oorringetje’, aan wie hij een gruwelijke hekel heeft omdat die hem altijd pest. Uit het verhaal valt op te maken dat het pesten bestaat uit het maken van wat vervelende opmerkingen, een keer een duw bij het uitstappen en ook een keer een klodder scheercrème op zijn hoofd. Maar ook als er niets gebeurt, is alleen al de aanwezigheid van Zegher voor Pieter-Jan voldoende om bang te zijn dat er iets kan gebeuren. Misschien ‘lijdt hij wel het meest aan het lijden dat hij vreest’. Thuis heeft Pieter-Jan te maken met twee oudere zussen en een moeder die op het ziekelijke af overbezorgd is en die het verlies van haar echtgenoot blijkbaar niet heeft kunnen verwerken. Het lijkt erop dat ze haar verdriet compenseert door haar zoon als een kasplantje te behandelen. Pieter-Jan krijgt de kans niet om tot zelfstandigheid en weerbaarheid op te groeien. Op school zondert hij zich steeds meer af en komt daardoor in een isolement terecht. Ook thuis hebben ze inmiddels in de gaten dat Pieter-Jan niet goed in zijn vel zit. Zijn moeder denkt er al over een psychiater in te schakelen. Zijn zus Lien, die al achttien is en haar eigen gang gaat, pakt het praktischer aan. Als Pieter-Jan haar verteld heeft wat hem dwars zit, besluit ze hem te helpen. Met gelijke munt betalen: ze gebruikt haar charmes om Zegher in haar ban te krijgen. En als het eenmaal zover is, weet ze haar broertje zover te krijgen dat hij een tube rode verf over Zegher leegknijpt. Vanaf dat ogenblik voelt hij zich en is hij ook in de ogen van zijn klasgenoten een jongen die bewonderd wordt. Zelfs zijn vriendje Sam, die zich van hem leek te hebben afgekeerd, zoekt toenadering.
Het is te gemakkelijk het verhaal af te doen als ‘much ado about nothing’. Inmiddels is immers wel duidelijk geworden welke nefaste gevolgen pestgedrag kan hebben. Het is echter jammer dat zo’n gevoelig en actueel onderwerp geen indringendere uitwerking heeft gekregen. Zoals het verhaal nu verteld wordt, is het moeilijk te geloven in de ernst van het onderwerp. De oplossing die Lien heeft bedacht voor het probleem van haar broertje, biedt slechts soelaas voor korte tijd. Maar wat gebeurt er met de meelopers, de leerlingen die Zegher steunden in zijn pesterijen? Zij lopen net zo makkelijk een volgende pester achterna. [Herman Kakebeeke]
Cecile J.M. Zonnenberg-Benerink
Pieter-Jan (12) wordt door zijn moeder erg beschermd en betuttelend opgevoed. Zij veronderstelt dat hij ongelukkig is, omdat hij zijn overleden vader mist. Daarom lukt het hem niet haar te vertellen over de pesterijen die hij ondergaat. Ook op school wordt het pesten niet opgemerkt. Een van zijn oudere zusjes heeft wel in de gaten dat er iets niet in orde is en helpt hem uiteindelijk om met een uitdagende actie de pesterij te stoppen. Enerzijds wordt het beeld geschetst van een onzekere, angstige jongen als een 'dankbaar object' voor pesterij, anderzijds krijg je de beschrijving van de pestkop en zijn gedrag. Daardoor biedt dit verhaal veel herkenning voor beide partijen. Ook de gezinssituatie – de rol van de moeder, de karakters van de zusjes – wordt aardig weergegeven. De titel verwijst naar de buslijn van huis naar school, waar het gepest al begint. De heldere stijl, korte zinnen en rustige lay-out maken dit boek heel toegankelijk. Op het voorplat een jongen in een bushokje. Vanaf ca. 11 jaar.
Hilde Ramboer
ua/an/22 j
Pieter-Jan neemt elke dag bus 26 naar school. Deze rit begint meer en meer op een nachtmerrie te lijken door de pesterijen van Zegher, een ruige kerel. Op de duur loopt Pieter-Jan dan maar het hele eind te voet naar school, maar de problemen stapelen zich op. Hij komt te laat, hij kan zich moeilijk concentreren en haalt slechte punten. De meester maakt hem voor de hele klas belachelijk en Pieter-Jan geraakt zijn vrienden kwijt. Hij verliest zijn zelfvertrouwen en ziet geen uitweg. Zijn zus heeft in de gaten dat er iets mis is en wanneer hij haar alles opbiecht, bedenkt ze een plannetje om Zegher op zijn nummer te zetten. Lien heeft wat met hem aangepapt om geen argwaan te wekken en op de volgende busrit bespuiten zij en Pieter-Jan Zeghers hoofd met tubes verf. Pieter-Jan is meteen de held en wordt weer opgenomen in zijn vroegere vriendenkring.
Het thema 'pesten' wordt hier scherp afgetekend met alle gevolgen van dien, thuis en op school. Je ziet dit duidelijk in het personage van Pieter-Jan die in een neerwaartse spiraal van moedeloosheid en steeds minder zelfvertrouwen terecht komt. De ontknoping komt simplistisch en weinig realistisch over, nog afgezien van de vraag of revanche wel de goede oplossing is. In het werkelijke leven zou deze agressieve ontknoping opnieuw agressie bij de pester uitlokken. Weinig herkenbaar is ook de sterke verandering van imago, waarbij Pieter-Jan van een sulletje verandert in een superheld, die door iedereen bewonderd wordt.
Het verhaal heeft net iets teveel weg van een Amerikaanse televisiesoap.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.